“De Olympische spelen zijn voor sportjournalisten misschien wel het hoogst haalbare’’

Rik Spekenbrink is sportjournalist bij het AD en gaat voor de 4e keer naar de Olympische Spelen. Een unieke ervaring, want voor een sportjournalist is het erg bijzonder om bij zo’n groot evenement aanwezig te zijn. Hoe gaat Spekenbrink hier mee om en hoe bereidt hij zich voor?

Hoe vind u het om naar Pyeongchang te gaan?
“Ik vind het hartstikke mooi om naar Pyeongchang te gaan. Als je dat al niet leuk vindt, als sportjournalist, heb je het verkeerde beroep. De Olympische Spelen zijn magisch. Het is keihard werken, maar je bent er maar mooi bij!”

Hoe bereid u zich voor op zo’n groot evenement en hoe gaat dat allemaal in zijn werk?
“Al jaren volg je de schaatsers van dichtbij. En de shorttrackers en andere winteratleten. Je praat met ze over van alles, maar altijd ook wel over de Olympische Spelen. Verder ga je naar alle belangrijke toernooien en ook een keer naar Pyeongchang, daar was ik in februari van 2017 bij het WK schaatsen. Je zorgt dat je weet waar alles is, hoe je je kan verplaatsen van A naar B, wat de gebruiken in het land zijn. En verder maak je olympische bijlages met allerlei voorverhalen. Interviews, portretten, analyses. Ook voor online natuurlijk. We hebben met de groep journalisten die naar de Spelen gaan regelmatig vergaderingen. Om de bijlages en alle voorproducties te bespreken, maar ook om een soort draaiboek te maken voor tijdens het toernooi. We denken al na over invalshoeken van verhalen en verdelen al wat wedstrijden die tegelijk plaatsvinden.”

Vind u het bijzonder om dit, als journalist, mee te maken?
“Zeker. Zoals hierboven beschreven: de Olympische Spelen zijn voor sporters het hoogst haalbare, maar voor sportjournalisten misschien ook wel.”

Gaat u vaker naar zo’n evenement?
“Dit wordt de vierde keer dat ik naar de Olympische Spelen ga. Ik was er in Londen, Sotsji en Rio de Janeiro ook bij. Dus ik ben er vaak geweest, ja.”

Waar kijkt u het meest naar uit?
“Eigenlijk naar de 10 kilometer. Dat is toch hét verhaal van deze Spelen. Lukt het Sven Kramer eindelijk om het goud op deze afstand te winnen? Of blijft het een witte vlek op zijn erelijst?” Maar naast de 10 kilometer zijn er natuurlijk heel veel andere sporten die ik zeker in de gaten ga houden. Ik vind het voornamelijk wel erg leuk dat er heel veel Nederlanders aan schaatsen meedoen. Hierdoor ga je toch als Nederlander automatisch meer uitkijken naar schaatsen dan naar de andere sporten die beoefend worden op de Olympische winterspelen.

Wat vind u ervan dat het in Pyeongchang wordt gehouden?
“Leuk. Zoals gezegd was ik er in Sotsji ook. Dat was een veel minder mooie locatie. De Russen waren niet blij met het evenement en straalden dat uit. Het was ook rommelig daar. Pyeongchang is veel vriendelijker, alles bij elkaar. Ook na de chaos in Rio (de stad was helemaal niet klaar en niet gebouwd voor zo’n evenement) is Korea wel een prettige bestemming.”

Wat verwacht u van de Nederlandse deelnemers?
“Ook dat is lastig te voorspellen. Het zou kunnen dat de medailleoogst wat tegen gaat vallen, zeker bij de vrouwen. Maar voor Sotsji dachten ‘we’ in Nederland ook niet dat er 23 schaatsmedailles zouden komen. De Olympische Spelen zijn een andere soort wedstrijd, die (gelukkig) niet altijd te voorspellen is. Een wilde gok dan: 14 medailles in het schaatsen en 3 in het shorttrack. Het zou erg mooi zijn als we er meer krijgen maar met minder ben ik natuurlijk ook erg tevreden. Je kan het natuurlijk nooit voorspellen van te voren maar een boel medailles is natuurlijk altijd erg leuk.”

Een actueel onderwerp is het dopingschandaal van Rusland. Hoe zit het nou precies?
“Rusland is niet gediskwalificeerd. Er gaan honderden Russen gewoon meedoen, alleen onder een neutrale vlag. Het is een goede beslissing, maar wat mij betreft nog altijd te mild. Ik had het tijd gevonden voor een keiharde maatregel: totale uitsluiting. Er is zó veel mis gegaan in dat land. Ik vrees dat ze er op deze manier alsnog genadig vanaf komen.”

Hoe kijkt u naar de spanning tussen Zuid-Korea en Noord-Korea? Bent u niet bang voor een mogelijke ramp?
“Nee, totaal niet. In Londen, waar ik regelmatig ben, zijn ook aanslagen. In Sotsji was er vrees voor boze Georgiërs. In Rio kon je op straat worden beroofd. Zo heeft iedere bestemming wel iets, overal kan wat gebeuren. Bovendien zie je nu dat Noord- en Zuid Korea toenadering zoeken en vinden. Er doen zelfs Noord-Koreanen mee en er komen ook gasten uit Noord-Korea. Ik denk dus niet dat er wat gaat gebeuren. Maar het kan altijd. Alleen: als je daar bang voor gaat zijn, kun je tegenwoordig moeilijk leven.”

Raad u het bezoeken van evenementen als sportjournalist aan voor anderen en heeft u nog tips voor studenten die in hetzelfde vak als u willen komen?
“Ik raad het zeker aan. Wat is er mooier dan naar Wimbledon gaan, naar de Formule 1, naar de Olympische Spelen? Het is keihard werken, dat wel, je moet er tegen kunnen. Maar het is het mooiste vak ter wereld. Alleen: als het specifiek gaat over werken bij een krant, is de toekomst wel moeilijk. Overal wordt alleen maar bezuinigd, redacties worden alsmaar kleiner. De krant heeft, als papieren product, niet de toekomst. Dus je moet écht gepassioneerd zijn als student, hard werken en erbovenuit steken. Een betere tip is dan misschien ook: ga voor de richting radio, tv, internet. Daar is de kans op een mooie baan groter. Maar de krant is leuker. Hiervoor moet je natuurlijk wel een opleiding volgen die te maken heeft met internet/redactie/krant en of digitale redactie. Een opleiding als media-redactie is daar natuurlijk erg handig voor. Je leert alle kanten van het vak als journalist en je gaat leren om items en nieuws te maken en als je alle dingen goed hanteert kan je jezelf later hogerop vinden in de journalisten stamboom!”